Net als de oudste wolkenkrabbers en de gele taxi’s zijn de eetkraampjes, zoals een frituurwagen, typisch New Yorks. In andere Amerikaanse steden zie je er namelijk veel minder. Het stadsbestuur maakte het de straatventers in het verleden echter niet gemakkelijk. Einde van de 19e eeuw werd de eerste wet op eetkramen in New York in het leven geroepen. De verkopers mochten met hun mobiel frituur slechts 30 minuten op één plek blijven staan en moesten dan weer weggaan.
Het bleek dat het een wet was die moeilijk toe te passen was, vooral in overbevolkte buurten. In 1886 werd daarom in Hester Street, op initiatief van een aantal straatverkopers, een push cart market opgericht. Deze markt was levendig, maar ook chaotisch en er was gebrek aan hygiëne. Daarom werd in 1928 door de stad bepaald dat alle straatverkopers een vergunning moesten hebben en er werden er maar liefst 7000 uitgegeven.