Naast een lekker vers frietje van de frituurwagen is Vlaamse karnemelksoep een typisch Belgisch gerecht. Van oudsher staan Vlamingen bekend als consumenten van boter. Dit is terug te zien in schilderijen waarop tafel- en markttaferelen afgebeeld zijn. In enkele Vlaamse streken waren zelfs specifieke botermarkten.
Naast boter is karnemelk ook veel gebruikt in de Belgische keuken. Vroeger was karnemelk onderdeel van het basisvoedsel. Dagelijks werd er karnemelksoep of pap van karnemelk gegeten. Een Gentse kok, Cauderlier, schreef in 1861 het eerste Belgische kookboek en hierin werd het recept van karnemelksoep beschreven. Dit is een soep die in alle jaargetijden gegeten kan worden en wordt nu ook nog vaak gegeten in Belgiƫ, al is het wel minder bekend dan vroeger.